Ben je een werkstuk aan het schrijven en wordt er van jou verwacht dat je hiervoor óók een inleiding schrijft? Het schrijven van een inleiding is niet voor iedereen even gemakkelijk. De één schudt een inleiding zo uit zijn mouw en de ander is er juist uren voor bezig. Wij helpen je graag met het schrijven van je inleiding, zodat het minder moeilijk wordt en je met de juiste informatie kan beginnen aan het schrijven. Op deze pagina vertellen we je alles over het schrijven van een inleiding voor je werkstuk en geven we je een voorbeeld inleiding werkstuk.
Wat is een inleiding?
In een inleiding zet je uiteen hoe je werkstuk is opgebouwd. Dit doe je door middel van een probleemstelling. Verder noem je de deelvragen van je werkstuk en geef je aan in welk hoofdstuk je iedere deelvraag beantwoordt. Je geeft in de inleiding ook aan dat er een conclusie zal volgen waarin je ook de hoofdvraag gaat beantwoorden.
De inleiding bevindt zich aan het begin van een werkstuk, maar je schrijft de inleiding pas als je werkstuk af is! De inleiding is namelijk een soort uiteenzetting van hoe je werkstuk of scriptie in elkaar zit.
Verschil tussen inleiding en voorwoord
Maar wat is nu het verschil tussen een inleiding en een voorwoord? Een voorwoord voor je werkstuk is een persoonlijke tekst, waarin de lezer jou leert kennen en je vertelt waarom je het onderwerp gekozen hebt. In het voorwoord vertel je waar je werkstuk over gaat, waarom je dat onderwerp kiest en je bedankt mensen die je geholpen hebben. Je gaat in het voorwoord niet inhoudelijk in op je werkstuk, dat doe je in de inleiding wel.
Voorbeeld inleiding werkstuk
We laten nu een voorbeeld zien van een inleiding van een werkstuk. Je kunt dit voorbeeld als leidraad of inspiratie gebruiken voor het schrijven van een inleiding voor je eigen werkstuk. Echter, we raden je aan om dit niet letterlijk over te nemen. Je docent of beoordelaar kan via een simpele zoekopdracht makkelijk achterhalen of je je tekst zelf geschreven hebt of niet.
We zijn als Nederlanders een behoorlijk nuchter volk. Toch heeft geloof honderden jaren een dominante rol gehad in onze levens. Inmiddels is het allang niet meer vanzelfsprekend dat iemand gelovig is, zeker niet onder mijn leeftijdsgenoten. Wij zijn opgegroeid in een Nederland waarin geloof een relatief kleine rol speelt.
Dit leidde er voor mij toe dat ik de vraag wil beantwoorden: in hoeverre speelt geloof een grote rol in het dagelijks bestaan van de Nederlander? Ik ga deze vraag proberen te beantwoorden in meerdere hoofdstukken.
In hoofdstuk 1 onderzoek ik welke rol het geloof speelde in het Nederland van de negentiende eeuw. Hoe ontwikkelde het zich gedurende deze eeuw?
In hoofdstuk 2 richt ik mij op het eerste deel van de twintigste eeuw en in hoofdstuk 3 richt ik mij op de rol van geloof in het Nederland van na de oorlog tot en met de jaren ’90. Tot slot zal ik in hoofdstuk 4 kijken naar de ontwikkelingen vanaf de jaren ’90 tot en met nu.
Hoofdstuk 5 draait om de opkomst van andere religies in Nederland en de rol die bijvoorbeeld immigratie hierin speelt. Tot slot zal ik tot een conclusie proberen te komen over de rol van geloof in het Nederland van nu.
In deze inleiding geef je de lezer een inhoudelijk voorproefje van je werkstuk. Het is daarnaast een “leeswijzer” omdat de lezer nu weet wat hem of haar te wachten staat, per hoofdstuk. Ook geef je duidelijk aan welke vraag je probeert te beantwoorden en hoe je dat gaat doen aan de hand van verschillende deelvragen.
Geef een reactie